Rijklinks is een verschrikking voor de gewone man

Rijklinks is een verschrikking voor de gewone man

Rijklinks is een verschrikking – Wierd Duk (1959) is historicus, journalist en schrijver. Dezer dagen verschijnt zijn nieuwe boek ‘Wierd Duk in Nederland’ met gesprekken met Nederlanders die weinig worden gehoord in Den Haag en Hilversum. ‘Ik zie de berichtgeving uit en over die wereld als een journalistieke opdracht, omdat zo weinigen dit op een integere manier doen.’

“Wierd is een van de weinige journalisten met een oprechte belangstelling voor de motieven van de vele afgehaakten. In dit boek spreekt hij niet óver hen, zoals in de media gebruikelijk is, maar mét hen. Lezen, dit boek!”
– Ewald Engelen

Rijklinks is een verschrikking – Tien Vragen aan Wierd Duk.

1 Rijklinks is een verschrikking – Je was eerder correspondent in Rusland en Duitsland. In je nieuwe boek ‘Wierd Duk in Nederland’ reis je met de blik van een buitenstaander door je eigen land. Noem drie dingen die de buitenstaander het meest verbazen.

‘Ik vind vooral de schraalheid van het publieke debat in Nederland, een land dat zich erop voorstaat een liberale democratie met een vrije pers te zijn, opmerkelijk. De druk op burgers om zich aan te sluiten bij één dominant narratief, of het nu gaat om immigratie, klimaat, de onaanraakbaarheid van de islam, de aanpak van de coronacrisis, de overbevolking, afijn, al die zogenaamd heikele thema’s is kennelijk enorm. Veel mensen die ik spreek zeggen dat zij in het openbaar hun afwijkende mening niet durven te uiten omdat zij vrezen voor uitsluiting: op het werk en/of in hun familie- en -vriendenkring. In mijn tijd in Rusland, in de jaren ‘90, kwam je in de publieke ruimte een breder en gevarieerder palet aan meningen tegen dan nu in Nederland, zei ik ooit in een tv-programma. Die opmerking wordt mij enorm nagedragen, maar de constatering klopt wel. Daarnaast valt natuurlijk op dat Nederland een klein land is, waar iedereen zich met elkaar lijkt te bemoeien.’

2 Onder de Rutte-kabinetten is de relatie tussen overheid en burger teloor gegaan, schrijf je. Hoe zou dat gekomen kunnen zijn? Wat is jouw verklaring?

‘Ik ben verslaggever, geen analist of commentator als een Martin Sommer van de Volkskrant, die over deze vraag uitgebreid heeft gefilosofeerd. Maar wat ik constateer in al mijn gesprekken met Nederlanders is dat een groot aantal burgers het gevoel heeft dat de overheid er alleen nog is voor een specifieke groep mensen: de hoogopgeleide anywheres, die in dit land kabinet na kabinet de dienst uitmaken, en die zich in de loop der jaren onder de kabinetten-Rutte met steeds meer dédain zijn gaan uitspreken over de ’afgehaakten’, de somewheres. Zij pushen hun obsessies: ‘het klimaat’, dus minder boeren en vissers, meer multiculturalisme, meer EU, meer immigratie, vrij baan voor woke en voor het herschrijven van de nationale geschiedenis – tot en met het wissen van een term als ‘verzetshelden’ -, en ga zo maar door. Nederlanders die zich tegen die agenda verzetten zien zij als moreel minderwaardig.’

‘Berucht is de uitspraak van een zichtbaar verbijsterde Sigrid Kaag – ‘Wie zijn die mensen?’ – toen zij het had over FvD-kiezers. Met name tijdens de corona-pandemie is die bestuurlijke elite steeds onbeschaamder geworden in de pogingen om die afgehaakten hun stem te ontnemen; door die burgers, in samenwerking met de zogenaamde ‘kwaliteitsmedia’, verdacht te maken, te kleineren, te beledigen en te framen. Vooral ook de sociale media spelen hierin een aanjagende rol.’

3 Veel columnisten, schrijf je, zijn geneigd de kant van de macht te kiezen. Wat zou er toch gebeurd zijn: journalisten zagen zichzelf vanaf de jaren zestig toch doorgaans als links en als kritisch, wantrouwig jegens de macht?

‘Dit is een belangrijke en een, in mijn ogen, hele slechte ontwikkeling: columnisten en commentatoren die zich opwerpen als herauten en buffers van de macht. De verklaring is, denk ik, dat er zich een kaste heeft gevormd van, daar heb je ze weer, hoogopgeleide, globalistisch denkende, welvarende professionals die prima functioneren binnen de huidige, neoliberale context. Zij houden er eenzelfde levensstijl op na, onderschrijven dezelfde normen en waarden, hun kinderen zitten op hetzelfde type scholen, ze gaan naar dezelfde culturele evenementen, lezen dezelfde boeken, trouwen onderling, ze hebben een abonnement op Volkskrant en NRC en kijken naar de NPO. Uit die pool worden ook ‘hun’ columnisten gerecruteerd. Indien die fundamentele systeemkritiek zouden leveren, ondermijnen ze niet alleen hun eigen peergroup, maar tevens hun eigen positie. Dus dat zullen ze niet doen.’

‘Ze zullen het houden bij wat progressief aandoend gesputter over Rutte of over een of andere staatssecretaris, maar een Sigrid Kaag bijvoorbeeld is in die kringen nagenoeg onaanraakbaar. Het is dus gewoon eigenbelang. Critici die hen een spiegel voorhouden, van wie financieel-geograaf Ewald Engelen in De Groene Amsterdammer denk ik het meest uitgesproken en meest felle voorbeeld is, vinden zij enorm vervelend en een beetje ordinair. Hun cognitieve dissonantie gaat zo ver dat zij zelf helemaal niet meer zien dat zij hetzelfde systeem steunen, dat zij denken in hun columns en commentaren te bekritiseren.’

4 Je proeft bij jou nogal eens teleurstelling over links. Is dat rechts, teleurgesteld zijn over links?

‘Nee, dat laatste lijkt me niet. Ik neem aan dat wanneer je je politiek op ‘rechts’ positioneert, je sowieso geen illusies koestert over links. Dan is links altijd de aankondiging van een gigantische mislukking. Maar als je, zoals ik, geen aanhanger bent van rechtse sociaaleconomische politiek en daarentegen een samenlevingsmodel voorstaat waarin ook de zwakkeren zich beschut weten, kijk je automatisch ook naar ‘linkse’ oplossingen. En dan raak je in de huidige tijd vanzelfsprekend teleurgesteld omdat een veel te groot deel van links zich blindstaart op dat giftige ‘wokisme’ met al z’n modieuze, navelstaarderige en narcistische obsessies, in plaats van na te denken over hoe de gapende kloof tussen haves en have nots kan worden overbrugd.’

‘‘Rijklinks’ – dus, zeg maar, D66, GL en een groot deel van de PvdA – is in z’n huidige keuzes werkelijk een verschrikking voor de gewone man; die clubs zijn voor een groot deel verantwoordelijk voor de polarisatie in onze samenleving. Het cliché wil dat er ruimte ligt voor een volkspartij die cultureel conservatief is en sociaaleconomisch gematigd progressief. Dat is ook zo.’

5 Je kunt niet zeggen dat je boek nou zo rechts is. Het is geen pleidooi voor minder overheid, eerder voor meer overheid, voor een zorgende overheid. Waarom word je dan toch aangewreven rechts te zijn, of erger?

‘Dat van die ‘zorgende’ of verantwoordelijke overheid klopt wel. Waarom ik niettemin wordt weggezet als radicaalrechts of extreemrechts ontgaat mij, eerlijk gezegd, ook. Iemand als Engelen, toch een echte linkse jongen, doorziet dat frame heel goed, niet voor niks staat een quote van hem op de achterflap van m’n boek: ‘Wierd spreekt mét en niet óver de afgehaakten’. Alleen al door dát te doen, door mensen aan het woord te laten die in Duitsland ‘Modernisierungsverlierer’ worden genoemd en die bij ons ten tijde van Fortuyn als ‘vooruitgangsverliezers’ werden bestempeld, ben je in de ogen van sommige commentatoren uit het deug-establishment verdacht. Kennelijk vrezen zij te zeer wat er kan gebeuren als de zwijgende meerderheid een stem krijgt; die moet in hun ogen ten koste van alles tot zwijgen worden gebracht en die drang rechtvaardigt dan alle middelen, inclusief het beschimpen en framen van de boodschapper, mij dus in dit geval.’

‘Zij zijn volkomen blind voor hun eigen intolerantie en hun totalitaire reflexen. En zij doorzien niet wat hun dédain en hun makkelijke gesmijt met pejoratieven teweeg brengen bij die meerderheid: een steeds sterker wordende afkeer van de gevestigde orde. Ik waarschuw daar al tijden voor: als je behoudende Nederlanders blijft wegzetten als ‘racist’, ‘xenofoob’ of ‘rechts-extremist’ komt al die haat ooit als een boemerang bij je terug. Maar het gescheld neemt alleen maar toe, helaas.’

6 Je schetst in het boek een reeks opgelegde veranderingen (‘transities’) waar burgers zelden massaal om gevraagd hebben, maar waar ze wel de gevolgen van ondervinden. Hoe zie je dat zelf?

‘Er is nauwelijks nog een verband tussen de politieke oplossingen die tijdens verkiezingscampagnes aan kiezers worden voorgelegd en het beleid dat een nieuwe coalitie vervolgens uitvoert, wat meest ook EU-beleid is. Nederland is, zoals jij ook hebt beschreven, een lobbycratie, met buitensporig veel invloed voor linkse clubs als Urgenda en andere actiegroepen, steevast gesponsord door de Nationale Postcode Loterij. Sterker: zelfs als een meerderheid van de Tweede Kamer voorbehoud koestert jegens een Europese digitale identiteit, gaat de staatssecretaris voor digitalisering, Van Huffelen, haar eigen, kennelijk door godgegeven gang, volledig in tegenspraak met wat de Kamer wil. Het is pure minachting van onze parlementaire democratie. Van D66 is zij, maar dit zal niemand verbazen. Dus ja, ik zie dit ook zo.’

7 De overeenkomst tussen die transities is, dat ze verondersteld worden goed te zijn voor de wereld, maar dat ze zijn niet erg zijn ingegeven door het belang van Nederlandse burgers. Is dat wellicht een verklaring voor de kloof onder de Rutte-kabinetten?

‘Maar doordat het er relatief veel zijn, hoeven zij zich aan die ontevreden en bezorgde burgers niets gelegen te laten liggen en ze hoeven zich al helemaal niet in de legitimiteit van de zorgen en grieven van die burgers te verdiepen. Als de kritiek onverhoopt toch doordringt tot hun grootstedelijke bubbel, diskwalificeren zij die critici, zoals de boeren en de vissers of de ‘corona-wappies’, als ‘fascist’ of ‘rechtsextremist’ of, zoals ik laatst in NRC las, als ‘rapalje’. Dan ben je er weer vanaf, van die lastige vliegen, en kun je ongestoord verder werken aan je globalistische hobby’s.’

“Kortom, een volwassen gesprek over dit soort geopolitieke kwesties, zoals die in mijn herinnering vroeger gewoon werden gevoerd, is nauwelijks meer mogelijk.”

‘Er is een generatie volwassen geworden in de media en de politiek waarvan vertegenwoordigers op schrille toon moraalpolitiek bedrijven en die iedereen die realpolitik voorstaat met een hevig wapperende wijsvinger tot de orde wensen te roepen. Ook deze types vind je weer vooral bij D66 trouwens, iemand als het Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma, die het liefst vandaag nog ten strijde trekt tegen Vladimir Poetin, is daar een markant voorbeeld van.’

9 Je bent ‘een van de bekendste en meest besproken journalisten van Nederland’, staat op de omslag van het boek. Hoe zou dat komen? Zoek je de controverse of mijd je die niet? En hoe verklaar je de hatelijkheden van zo’n Sander Schimmelpenninck?

‘Dat is ontstaan doordat ik toevallig iets weet van een aantal verschillende dossiers, die nagenoeg gelijktijdig actueel werden en waarop enorm werd gepolariseerd: Rusland onder Poetin, Duitsland en Merkels ‘Wir schaffen das’ en het rechts-populistische electoraat in Nederland. Rond 2014 mengde ik mij in het openbare debat in Nederland, na verschijning van een verklarend boekje van mijn hand over Vladimir Poetin. Ik verscheen ineens op de radio en in tv-talkshows, schreef analyses en vertolkte vaak een afwijkende, ‘schaarse’ mening.’

‘Ik wees bijvoorbeeld op de rol van de Navo en de EU in de ontstaansgeschiedenis van de crisis rond Oekraïne en als het ging om de massa-immigratie naar Duitsland duidde ik de opkomst van de AfD, zonder de AfD-kiezers reflexmatig als ‘nazi’s af te schilderen. Over Merkel was ik veel minder enthousiast dan hier te doen gebruikelijk – Merkel werd in Nederland enorm opgehemeld om voor mij onverklaarbare redenen – ik vond haar energiepolitiek bijvoorbeeld een ramp en ook de wijze waarop zij de massa-immigratie naar onze contreien bevorderde door het Dublin-akkoord buiten werking te verklaren vond ik bedenkelijk.’

‘Ik zoek dus niet de controverse, ik heb gewoon vaak analyses en opinies die niet zelden haaks staan op de dominante mening in dit land. En omdat ons land eigenlijk een variant is op de ‘gereformeerde kerken vrijgemaakt én buiten verband’ word je dan al snel openlijk bruusk tot de orde geroepen, soms worden zelfs heuse inquisiteurs in stelling gebracht, die dag na dag, week na week, maand na maand en ja, zelfs jaar na jaar bezig zijn om jou te proberen te discrediteren.’

‘Voor sommige types, op Twitter vooral, ben ik niet minder dan een persoonlijke obsessie, zij vlooien alles uit wat ik doe, gaan er met een stofkam en een vergrootglas doorheen en als ze desondanks niets van hun gading aantreffen, grijpen ze naar photoshop en verdraaien ijskoud mijn woorden. Het aantal tweets dat enkele van die gekken aan mij hebben gewijd is ronduit bizar en hun obsessie is soms echt creepy. Kan ik die hatelijkheden verklaren? Nee, behalve dan dat het sommige mensen blijkbaar enorm stoort dat ik mijn mond niet houd en me niks aantrek van hun kwezelarij. En nu is er ook nog een boek met een groot aantal van mijn reportages. Dat zal ze leren, haha.’

Het nieuwe boek van Wierd Duk, ‘Wierd Duk in Nederland’, is een uitgave van Uitgeverij Blauwburgwal in Amsterdam.

Lees het gehele artikel hier

Home

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

error: Content is protected !!
Spring naar toolbar